27-07-2017

Lenie's reisverslag deel 3

Lenie's reisverslag deel 3

Dit is het derde deel van het verslag dat Lenie schrijft over haar belevenissen tijdens haar reis langs een drietal landen langs de Kaspische Zee. Op 3 juli is zij vertrokken naar Machatsjkala, de hoofdstad van Dagestan. Dat gebied grenst aan de Kaspische Zee, en is één van de landen die graag willen inhaken op het project ter bescherming van de Kaspische zeehond (het project dat Lenie een aantal jaren geleden heeft opgestart in Iran). Na Dagestan zal ze ook nog Azerbaijan en Iran bezoeken: het hele zuidwestelijk deel van de Kaspische Zee. Hieronder volgt het derde verslag van Lenie’s ervaringen in Dagestan.

Deel 3 van het verslag van mijn reis langs de Kaspische Zee

Wat een prachtige mensen kom ik hier in Dagestan tegen. Er rennen weliswaar veel kleine kriebelbeestjes in mijn bed, maar in een oud Russisch hotel schijnt dat er nu eenmaal bij te horen.

Vandaag hadden we een ontmoeting met de directeur van de Faculteit Ecologie van de Machatsjkala Universiteit. Toevallig was ook net de baas van Lukoil van Dagestan aanwezig; dat gaf me een mooie gelegenheid om te lobbyen voor het project met de vissers voor het redden van zeehonden. 

Iedere dag ga ik even naar het strand; even genieten van de weidsheid en de rust. Ik zie er altijd vissers die met hengels proberen vis te vangen. Een visser gooide de vis weer terug in zee. Ik stak meteen mijn duim omhoog: goeie actie. Hij lachte.

Even later zag ik een oudere visserman die in een kommetje in de rots drie vissen had liggen. Twee waren dood, maar eentje spartelde nog. Ik bedacht me geen moment, pakte het visje en vroeg de visser of ik hem in zee terug mocht gooien. Nog voordat hij begreep wat ik bedoelde had ik de vis al in zee gegooid. Het gezicht van die visser vergeet ik nooit meer. Hij was volledig verbijsterd en bleef maar roepen: :”Njet! Njet!” Hij had pas drie visjes kunnen vangen en nu gooide ik zijn grootste vis weer in zee… Later moest hij wel lachen, maar als een boer met kiespijn. En ik mocht het van hem niet weer doen. Ik heb braaf: “Da da” gezegd, oftewel ja…

Ik werd ook mee uitgenodigd naar de plechtige uitreiking van de diploma’s door de rector van de Universiteit; een geweldige bijeenkomst van alle faculteiten. De vrouwen prachtig gekleed en iedereen blij. Daarna nog naar ziekenhuis om een gewonde student zijn bul te geven. Ik gaf hem een sleutelhanger met een zeehond; misschien niet het meest tactvolle cadeau, want zijn auto lag volledig in de prak door zijn ongeluk…

Op dezelfde dag bracht ik een bezoek aan de lokale kattenopvang. Jee, wat een toestand! Wel honderd katten in de opvang, veel problemen maar geen geld. Dus na overleg met het thuisfront en met nog een lieve sponsor zijn we naar de apotheek gegaan voor anti parasitaire middelen en oogdruppels. We hebben de apotheek leeg gekocht en de volgende dag hebben we 58 poezen behandeld.

   

We hadden niet genoeg geneesmiddelen, dus nog weer nieuwe gekocht en direct vaccin erbij. Het blijft een zorgelijke situatie: de vrijwilligers willen heel graag helpen, maar er is niet genoeg plek en geen geld voor meer. Soms zou ik willen dat als je een T-shirt met “billionaire” erop vindt, daar inderdaad zo’n bedrag in zit…

Maar we zijn hier voor de zeehonden. Dus ben ik vandaag weer naar de vissers gegaan om hun netten te bekijken en vooral om informatie te krijgen over wat er echt gebeurt op zee

De netten staan ver uit de kust (soms wel 50 km). Het zijn “staande warrelnetten” van wel 100 meter lang. Daar komt de vis in terecht, maar ook zeehonden raken er in verstrikt. De vissers gaan maar twee tot drie keer in de week naar hun netten. Dus als er een zeehond in zo’n net terecht komt wordt hij na drie dagen dood gevonden. Daar moeten we een oplossing voor zien te vinden. Een visserman vertelde ons dat er vlak bij het dorp veel dode zeehonden lagen. We hebben direct gepland om daar de volgende dag te gaan kijken en de aangespoelde zeehonden te onderzoeken. Helaas hebben we daar inderdaad veel aangetroffen... 

 

Daarna werd ik meegetroond naar een trouwerij. Wat een feest: minstens 500 gasten. Er zijn bij een bruiloft twee feesten op verschillende plaatsen: de families van de bruid en de bruidegom vieren het niet samen. Iedere familie zijn eigen feestje; de bruid en bruidegom gaan van het ene feest naar het andere. Ook een manier om ruzies te vermijden…

Natuurlijk betekende het veel eten, veel dansen en prachtige kleding. Ik heb genoten.

 

Wordt vervolgd